Vergunninghouders van online kansspelen zouden sneller en beter kunnen ingrijpen bij onmatig spel of een mogelijke gokverslaving. Dat gebeurt bij te veel aanbieders nu onvoldoende, zo concludeert de Kansspelautoriteit (Ksa) na een uitgebreid onderzoek naar de invulling van de zorgplicht bij 10 aanbieders van online kansspelen op de Nederlandse markt.
Op basis van de resultaten gaat de Ksa aan de slag met aanscherping van het eigen beleid en aanbevelingen voor aanpassing van de wet- en regelgeving door het ministerie van Justitie & Veiligheid. Aanbieders vervullen hun zorgplicht mogelijk beter als de wetgeving rondom de zorgplicht wordt aangescherpt en normen verder verduidelijkt worden. Dan worden gokkers beter beschermd.
De Ksa heeft veilig spelen voorop staan, maar krijgt met regelmaat ‘zorgwekkende signalen’. Spelers moeten er vanuit kunnen gaan dat zij veilig kunnen spelen. ‘We zien dat regels aangescherpt moeten worden, juist om die veilige omgeving voor spelers nog verder te bevorderen.’
Vergunninghouders die risicovolle kansspelen aanbieden (online kansspelen, speelcasino’s en speelautomaten in speelhallen) hebben een wettelijke zorgplicht, die inhoudt dat zij gokverslaving zoveel mogelijk moeten voorkomen en beperken. De Ksa heeft onderzoek gedaan naar de invulling van de zorgplicht en de uitvoering daarvan in de praktijk. Voor het onderzoek werd gekeken naar de eerste 10 vergunninghouders die online kansspelen aanbieden sinds de opening van de markt op 1 oktober 2021.
Eén van de belangrijkste bevindingen van de Ksa is dat te veel van de onderzochte aanbieders onvoldoende in staat zijn snel of adequaat in te grijpen bij onmatig spel of een mogelijke gokverslaving. Dit wordt mede veroorzaakt door de gebruikte monitoringsmethodiek om probleemspelers op te sporen, en het (on)vermogen om ‘real time’ te monitoren. Zo zijn er aanbieders die voornamelijk kijken naar verandering van speelgedrag, waardoor spelers die vanaf het begin hoog storten, inzetten en/of veel verliezen, niet of laat opvallen.
Ook een te eenzijdige focus op de hoogte van de stortingen en inzetten, waarbij andere factoren als het aantal gespeelde uren minder worden meegewogen, zorgt ervoor dat aanbieders probleemspelers over het hoofd kunnen zien. Daarnaast hebben veel aanbieders niet de mogelijkheid om zonder tussenkomst van een medewerker in te grijpen, waardoor bijvoorbeeld bij problematisch speelgedrag ’s nachts niet altijd meteen wordt gehandeld.
In het onderzoek is ook gekeken naar de aandacht die de aanbieders moeten besteden aan jongvolwassen spelers (18 tot 24 jaar). Het merendeel van de vergunninghouders hanteert extra limieten voor jongvolwassen spelers. Daarnaast zijn er die extra maatregelen nemen voor spelers van 24 tot 30 jaar. Wat daarbij opviel is dat jongvolwassenen door hun lagere limieten niet altijd opvallen binnen de monitoringsstatistieken en dus mogelijk niet op tijd als probleemspeler worden opgemerkt. Ook daar is een focus op andere factoren dan de hoogte van stortingen en inzetten belangrijk om probleemspel tijdig een halt toe te roepen.
Op basis van het onderzoek en de daaruit volgende conclusies en bevindingen onderneemt de Ksa diverse vervolgstappen. Zo gaat de Ksa aan de slag met het aanscherpen van het eigen beleid. Dit betekent dat de beleidsregels Verantwoord Spelen waar mogelijk aangepast worden, met onder meer de volgende onderdelen:
Verplichting tot real time monitoring
Aanvullen van regels over indicatoren die betrokken moeten worden bij de beoordeling van speelgedrag
Verplicht blokkeren van accounts van probleemspelers tot er een interventie heeft plaatsgevonden
Foto: Kvnga via Unsplash