De cryptowinter luidt een nieuwe fase in voor de cryptomarkt, waarin veel meer gelet zal worden op energieverbruik. Ethereum, de blockchain waar veel cryptomunten gebruik van maken, is dankzij een recente ‘verbouwing’ al flink milieuvriendelijker geworden. Aanhangers wijzen er echter op dat het protocol van Ethereum meer macht legt bij grote spelers.
15 september 2022 zal de geschiedenis ingaan als een belangrijk keerpunt voor de cryptomarkt. Op die dag kreeg Ethereum, de belangrijkste blockchain naast die van Bitcoin, als het ware een nieuwe gedaante. Het systeem werkt nu niet langer op basis van proof-of-work-, maar met de veel zuiniger proof-of-stakemethode.
Voor het goedkeuren van transacties hoeven geen ingewikkelde rekensommen meer te worden opgelost. Het delven van munten behoort eveneens tot het verleden. Delvers zijn vervangen door zogenoemde validators, mensen die ten minste 32 Ether ‘inzetten’ door ze naar een adres op het Ethereum-netwerk te sturen waar ze niet kunnen worden gekocht of verkocht.
De revisie werd door 41.000 mensen op YouTube gevolgd tijdens een speciale ‘Ethereum Mainnet Merge Viewing Party’. Zij keken met ingehouden adem toe hoe belangrijke statistieken binnendruppelden die suggereerden dat de kernsystemen van Ethereum intact waren gebleven.
Na ongeveer vijftien lange minuten werd The Merge, zoals de operatie werd genoemd, officieel afgerond. Ethereum, de thuisbasis van Bitcoin-rivaal Ether, zou nu ongeveer 99,9 procent minder energie moeten verbruiken. Dat is vergelijkbaar met een land als Finland dat zijn elektriciteitsnet afschakelt.
Handdoek in de ring
De revisie was een klein lichtpuntje na een zware cryptowinter, die overigens kort voor de zomer begon. Ook de cryptomarkt ontsnapte niet aan de economische onrust die ontstaan is na de Russische inval in de Oekraïne. Weg zijn de reclames met ‘Dit is je teken’, waarmee beginnende cryptobeleggers vorig jaar nog om de oren werden geslagen.
Van een volledige meltdown is overigens nog geen sprake. De koers van de Bitcoin schommelt rond de zeventienduizend dollar, maar veel beweging zit er niet meer in. De zogenoemde beermarkt kan nog lang aanhouden.
De vorige cryptowinter duurde zelfs van januari 2018 tot december 2020. Bitcoin verloor toen meer dan de helft van zijn marktkapitalisatie en sleepte andere crypto’s, zoals Ethereum en Litecoin (LTC), mee.
Maar de tweede cryptowinter hakte er pas echt in. Allerlei modellen die in een opgaande markt prima werkten, bleken niet bestand tegen onrust in de markt.
De crisis werd nog verergerd door het drama rond TerraUSD, een munt die als een soort tussenstop in de markt fungeerde bij transacties tussen verschillende cryptovaluta. TerraUSD was bedoeld als een stablecoin: een cryptomunt die zo is ontwikkeld dat hij een vaste waarde heeft door de koppeling aan een tweede munt. Het model bleek te mooi om waar te zijn: je begint met niks, maakt twee munten en gaat een van de twee stabiel houden door een algoritme te laten handelen in die andere munt. Dat moest eens in de soep lopen.
In juli ging de Amerikaanse cryptobank Celsius failliet. Die beloofde een enorm rendement op ingelegde cryptomunten, maar toen de waarde van crypto’s verdampte, kon dat rendement niet meer worden uitbetaald. De vergelijkbare cryptogeldschieter Voyager Digital ging ook kopje onder. Tot overmaat van ramp implodeerde ook nog ’s werelds grootste beurs FTX.
In Nederland gooide het Amsterdamse cryptovastgoedbedrijf Fundum Capital, anderhalf jaar geleden opgericht met de ambitie om ‘internationaal marktleider’ te worden, de handdoek in de ring. Online schetste het bedrijf mooie vergezichten. Zo voorspelde Fundum Capital dat de ‘traditionele financiële sector uiteindelijk vervangen zal worden door cryptocurrency’.
De cryptowinter liet zich ook in Duitsland voelen: Fintech Nuri uit Berlijn moest uitstel van betaling aanvragen. In de Verenigde Staten rapporteerde handelsbeurs Coinbase ten slotte een verlies over het tweede kwartaal van maar liefst een miljard dollar.
Toekomst
De bedenkers van Bitcoin zullen zich de toekomst van de munt heel anders hebben voorgesteld. De geschiedenis van de Bitcoin begint eigenlijk al in 1998, het jaar van de internationale bankencrisis, met de beschrijving van de blockchain door Wei Dai. Deze werd in 2009 geïmplementeerd als opensourcesoftware door de nog altijd geheimzinnige Satoshi Nakamoto.
Het idee was om een betaalmiddel in de markt te zetten zonder tussenkomst van banken. De onderliggende blockchain fungeerde daarbij als grootboek voor transacties van digitale munten die je kon delven door met krachtige computers complexe rekensommen op te lossen.
De periode van Bitcoin als betaalmiddel heeft niet bijster lang geduurd. In de eerste jaren kon je met de Bitcoin gerust een pizza kopen, diverse webwinkels accepteerden Bitcoin. Maar door de ingebouwde schaarste van 21 miljoen eenheden en de toenemende belangstelling passeerde de waarde van de Bitcoin in 2011 voor de eerste keer de grens van één dollar, en nog maar enkele maanden later al van tien dollar. In november 2013 werd al een waarde van 1000 dollar aangetikt.
Bitcoin werd, tegen wil en dank van zijn anonieme bedenkers, een beleggingsobject met trekjes van de tulpenmanie uit de zeventiende eeuw. Betalen met Bitcoin werd door de hoge kosten steeds onaantrekkelijker en het delven van de munten steeds duurder. Alleen criminelen maken nog dankbaar gebruik van de Bitcoin als betaalmiddel voor het digitaal gijzelen van bedrijven, een fenomeen dat zonder de Bitcoin zo goed als zeker niet had bestaan.
Tot aan 2018 waren het vooral particulieren die Bitcoin kochten, maar nadat die waren afgehaakt, namen institutionele beleggers hun plaats in. De koers van de Bitcoin kwam in rustig vaarwater terecht. Uiteindelijk stegen de koersen vanaf eind 2020 weer tot in een groot deel van 2021, deels omdat centrale banken ongekende hoeveelheden liquiditeit in de financiële markten pompten. Rente op spaargeld werd boven een betaald bedrag negatief en particulieren zochten hun heil in aandelen en risicovolle beleggingen. Dit ontketende een ongekende hypergroeifase, met duizenden nieuwe cryptoprojecten in 2021. De totale cryptomarkt is dat jaar gegroeid naar een waarde van iets meer dan 2000 miljard dollar, tegen 775 miljard dollar begin van dat jaar.
De particuliere belegger keerde ook weer terug. Bijna de helft van de eigenaren van cryptomunten in de Verenigde Staten en Zuid-Amerika kocht vorig jaar voor het eerst cryptomunten. In Nederland hebben inmiddels 1,9 miljoen Nederlanders crypto in bezit. Multiscope meldt dat er in vergelijking met zijn vorige peiling in 2018 ruim een miljoen nieuwe cryptobezitters bij zijn gekomen.
Altcoins
De belangrijkste munten Bitcoin en Ether zijn samen goed voor zo’n 62 procent van de totale marktwaarde. Maar de recordhoogte van 69.000 dollar voor de Bitcoin werd niet meer geëvenaard. Voorspellingen dat de Bitcoin nog voor het einde van 2021 de 100.000 dollar zou halen, kwamen niet uit. De eerste scheurtjes in de geoliede cryptomotor werden zichtbaar. De Bitcoin kreeg in 2021 voor het eerst serieuze concurrentie van altcoins, waarvan sommige harder groeiden dan de Bitcoin. Beleggers hopten van de ene altcoin naar de andere.
Elon Musk speelde een belangrijke rol in populariteit van de altcoins. De Tesla-CEO die zich graag The Dogefather noemde, begon in het voorjaar de dogecoin te promoten, eigenlijk gewoon een parodie op Bitcoin. De handelaren speculeerden allemaal op een verdere stijging. Musk hoefde maar te roepen dat hij de dogecoin naar Mars zou brengen of de koers explodeerde weer. De waarde van de shiba inu-munt steeg in één jaar zelfs met 2,4 miljoen procent. En dat was nog maar een van de ruim 12.000 altcoins waar liefhebbers uit konden kiezen.
Uiteraard zaten er heel wat rotte appels tussen. Een complete flop werd het Nederlandse Xpose, dat werd gelanceerd door de Drentse game-ondernemer Vasco Rouw en rapper Boef. Die overigens maar bleven volhouden dat ze slechts adviseurs waren.
De oorlog in Oekraïne luidde begin 2022 het einde van de hausse in. De torenhoge inflatie als gevolg van de energie- en grondstoffencrisis leidde tot ongekende renteverhogingen, waardoor geld lenen duurder is geworden en sparen weer rendement oplevert. En omdat justitionele beleggers vooral kijken naar macro-economische ontwikkelingen, kreeg de cryptomarkt in het voorjaar behoorlijk harde klappen. Particulieren hebben enorme bedragen verloren.
Maar misschien is dat maar goed ook. Vanuit de sector zelf, maar ook vanuit organisaties als het IMF, wordt steeds meer aangedrongen op een wereldwijd regelgevingskader voor crypto om gebruikers te beschermen en innovatie aan te moedigen. De ontwikkeling van eigen stablecoins door overheden zou eigenlijk moeten worden versneld om de markt tot bedaren te brengen en beleggers meer zekerheid te bieden.
Het is dus een goed moment voor bezinning. Greenpeace en de Environmental Working Group dringen er in online advertenties op aan om het energieverbruik van crypto’s sterk te verminderen. Dat verbruik is vergelijkbaar met dat van sommige kleine landen. Steeds meer landen stellen een verbod in op bitcoindelvers, die vervolgens weer naar andere landen uitwijken.
De ombouw door Ethereum van proof-of-work (PoW) naar proof-of-stake (PoS) is dus een belangrijke stap. PoS is niet nieuw, maar niet eerder heeft een blockchain van serieuze omvang deze validatiemethode omarmd.
Het past ook in de traditie van Ethereum dat al eerder de kernconcepten van Bitcoin uitbreidde met spannende innovaties, zoals slimme contracten, resulterend in fenomenen als NFT’s, oftewel niet-overdraagbare tokens waarmee je digitale kunst kunt authentiseren.
Toch klinkt er ook kritiek. Wetenschapper Coby Morgan waarschuwt dat het een kleine groep van bedrijven is die bij Ethereum de dienst uitmaken. Validators betalen 32 Ethereum-tokens om actief te worden in het nieuwe proof-of-stakenetwerk, omgerekend een bedrag van 45.000 dollar. Deze validators zijn dan ook niet toevallig bedrijven die zich deze luxe kunnen veroorloven, zoals Lido Finance, Binance, Coinbase en Kraken.
Het zijn ook uitgerekend bedrijven die sterk gereguleerd worden door de overheid en geen transacties mogen goedkeuren van gesanctioneerde adressen.
Ethereum-bedenker Vitalik Buterin maakt zich niet al te veel zorgen: het is nog maar de vraag in hoeverre overheden zich gaan bemoeien met de Ethereum-blockchain. Daarnaast worden transacties van gesanctioneerde adressen uiteindelijk wel opgepakt, al duurt het mogelijk iets langer.
Vooralsnog zijn er nog wel veel onzekerheden: de koers van de Ether daalde flink na The Merge, maar op den duur zou Ethereum de hele cryptomarkt kunnen hervormen. Of dat ten nadele of ten voordele van de Bitcoin zal uitpakken, zal de toekomst moeten uitwijzen.
Dit artikel verscheen eerder in het novembernummer van Emerce Magazine #192.